
Samenwerken in de zorg
“Zelfstandige zorgverstrekkers zijn een essentieel deel van de eerstelijnszorg in Vlaanderen. In de manier waarop het zorglandschap vandaag vorm krijgt, in functie van de zorgvragen, wordt de samenwerking tussen hen van primordiaal belang. Veel zorgverstrekkers werken al op uiteenlopende wijze met elkaar samen, maar willen we de uitdagingen in de sector effectief aanpakken, moet dat ook gebeuren met gezamenlijke doelstellingen op basis van een gemeenschappelijke visie en missie”, aldus voormalig Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Jo Vandeurzen.
Volgens een enquête van de Federatie Vrije Beroepen werken al meer dan 3 op 4 zelfstandige zorgverstrekkers effectief samen met andere zorgverstrekkers, maar ook met ziekenhuizen en diensten als de centra algemeen welzijnswerk.
Met dit handboek willen we u tools aanreiken om de samenwerking succesvol aan te gaan of te versterken:
- Waarom zou ik een samenwerkingsverband willen?
- Is een gemeenschappelijke visie belangrijk?
- Hoe kunnen we samen de praktijk organiseren?
- Met welke deontologische principes moet ik rekening houden?
- Zijn financiële drempels een onoverkomelijke uitdaging?
Dit handboek en het bijbehorende stappenplan werden uitgewerkt als extra impuls om samenwerking in de zorgsector te bevorderen.
“Zelfstandige zorgverstrekkers zijn een essentieel deel van de eerstelijnszorg in Vlaanderen. In de manier waarop het zorglandschap vandaag vorm krijgt, in functie van de zorgvragen, wordt de samenwerking tussen hen van primordiaal belang. Veel zorgverstrekkers werken al op uiteenlopende wijze met elkaar samen, maar willen we de uitdagingen in de sector effectief aanpakken, moet dat ook gebeuren met gezamenlijke doelstellingen op basis van een gemeenschappelijke visie en missie”, aldus voormalig Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Jo Vandeurzen.
Volgens een enquête van de Federatie Vrije Beroepen werken al meer dan 3 op 4 zelfstandige zorgverstrekkers effectief samen met andere zorgverstrekkers, maar ook met ziekenhuizen en diensten als de centra algemeen welzijnswerk.
Met dit handboek willen we u tools aanreiken om de samenwerking succesvol aan te gaan of te versterken:
- Waarom zou ik een samenwerkingsverband willen?
- Is een gemeenschappelijke visie belangrijk?
- Hoe kunnen we samen de praktijk organiseren?
- Met welke deontologische principes moet ik rekening houden?
- Zijn financiële drempels een onoverkomelijke uitdaging?
Dit handboek en het bijbehorende stappenplan werden uitgewerkt als extra impuls om samenwerking in de zorgsector te bevorderen.
Inhoudstafel
VOORWOORD
door Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
DEEL 1. Samenwerkingsmogelijkheden, hun voor- en nadelen
DEEL 2. Financiële aspecten
DEEL 3. De samenwerking organiseren
DEEL 4. Deontologie en juridische aspecten
DEFINITIE
VOORSTELLING FVB EN AANGESLOTEN BEROEPSORGANISATIES
Ann Dierickx studeerde rechten aan de KU Leuven (cum laude) en de Université de Rennes I. In 1999 verwierf zij een LL.M. (master na master) aan de KU Leuven (magna cum laude). Zij schreef zich in aan de balie te Brussel en liep onder meer stage bij de advocatenkantoren Stibbe en Eubelius. In 2005 verdedigde zij haar doctoraal proefschrift over "Toestemming en strafrecht. Een strafrechtsdogmatische analyse van de toestemming en de strafrechtelijke bescherming van lijf en leven" dat in 2006 uitgegeven werd bij Intersentia. Tussen 2006 en 2008 was Ann plaatsvervangend docent strafrecht en strafprocesrecht aan de KU Leuven. In 2008 vervoegde zij ons kantoor als counsel en in 2013 werd ze er partner.
Ann legt zich vooral toe op het statuut van de zorgbeoefenaars en hun onderlinge bevoegdheidsconflicten. De regeling rond toegang en vestiging, ook van officina’s, behoort daarbij tot haar uitgesproken expertisedomein. Zij heeft daardoor bovendien veel ervaring opgedaan in het voeren van publiekrechtelijke procedures voor de Raad van State en voor het Grondwettelijk Hof.
Ann is als gastprofessor verbonden aan de Ahlec leerstoel gezondheidsrecht van de UAntwerpen. Zij is tevens lid van de redactie van het Tijdschrift voor Gezondheidsrecht/Revue de Droit de la Santé, van Nullum Crimen en van het Wetboek Strafrecht Geannoteerd.